4 weetjes over je botten
Je hebt zeker al gehoord dat we 206 botten in ons lichaam hebben, maar kende je de volgende weetjes al?

Een baby heeft meer botten dan een volwassen persoon.
We worden geboren met ongeveer 300 botten. Doorheen de groei neemt dit aantal af tot 206 botten. Dit komt doordat bepaalde botten nog aan elkaar groeien. Wanneer twee of meer botten aan elkaar groeien, neemt het totaal aantal botten dus af.
Meer dan de helft van je botten zit in je handen en voeten.
Van de 206 botten in ons lichaam, zit net meer dan de helft in onze handen en voeten, hierbij rekenen we ook pols en enkel. In elk hand zitten 27 botten en in elke voet 26. In totaal dus 106 van 206 botten. Je handen en voeten vormen maar een klein deel van je lichaam en toch vind je er de helft van je botten.
Botten zijn sterker dan staal.
Wanneer we gram per gram vergelijken zijn je botten sterker dan. Een blokje bot ter grootte van een luciferdoosje kan tot 8000 kg gewicht dragen. Dat wilt helaas niet zeggen dat we zelf zo veel gewicht kunnen dragen.
De botten in je lichaam zijn veel lichter dan staal (staal heeft een grotere dichtheid). Daardoor ‘wint’ staal het dus wel van de botten in je lichaam. Hoeveel gewicht je botten kunnen weerstaan hangt ook af van veel factoren: de grootte en vorm van het bot, de snelheid waarmee het gewicht aankomt, de kracht die het gewicht uitoefent.
Ons lichaam is continu bezig met je botten af te breken.
Gelukkig is het ook continu bezig met je botten weer op te bouwen. Daarvoor gebruikt het gespecialiseerde cellen: osteoblasten (botopbouwers) en osteoclasten (botafbrekers). In je lichaam draait alles om efficiëntie, botten die veel gebruikt worden moeten sterker gemaakt worden dus botten die amper gebruikt worden worden zwakker gemaakt. Hoe meer je je botten belast, hoe meer bot er wordt aangemaakt. Dat is een van de redenen dat bewegen zo gezond is.
Vond je het interessant? Laat dan zeker een hartje achter onderaan!